Arbeidstherapeutisch werken

Hoe lang kan dat?

Een medewerker kan volgens de STECR-richtlijn maximaal zes weken werken op arbeidstherpeutische basis. Waarom is werken op arbeidstherapeutische basis zo belangrijk?

Deze periode is bedoeld om te onderzoeken of een werknemer gedurende een bepaalde periode het werk vol kan houden. De hersteldmelding kan op deze wijze nog even worden aangehouden.

Wanneer blijkt dat een medewerker het toch nog niet aan kan, loopt de verzuimmelding gewoon door en dus ook de loondoorbetalingsplicht van 2 jaar en gaat er niet opnieuw een periode van start.

Wanneer een medewerker binnen vier weken na een herteldmelding opnieuw uitvalt, wordt de oude ziekmelding heropend en kan het Poortwachtertraject, onder aftrekt van de periode van herstel, gewoon doorlopen.

Zo kan een proefperiode van bijna 10 weken worden aangehouden.

Proberen

Werken op arbeidstherapeutische basis is bedoeld om te proberen het werk te hervatten. De werknemer blijft in deze fase nog steeds arbeidsongeschikt. Wanneer er sprake is van een ziekteverzuimverzekering, wordt het loon gedurende de periode van werken op arbeidstherapeutische basis, nog volledig vergoed.

Wanneer een medewerker een periode nog helemaal niet heeft gewerkt kan het van belang zijn om te onderzoeken of een werknemer zijn eigen werkzaamheden weer kan oppakken. Het is dan een kwestie van gewoon uitproberen. Lukt het niet, dan is het in ieder geval geprobeerd. De werknemer krijgt een klein zetje. Het wordt niet gezien als "moeten" maar als "proberen".

Zachte aanpak

Arbeidstherapeutische basis is een zachte aanpak om de medewerker te re-integreren.  Het kan ook goed werken voor medewerkers die zelf weinig vertrouwen hebben in de re-integratie. Wanneer het niet lukt, wordt het niet als falen gezien. Na maximaal 6 weken arbeidstherapeutisch werken wordt geconcludeerd of het is gelukt of niet.